Internationale Dag van het Potlood
Het Potlood, moet daar nu een dag aanbesteed worden? Wat is het nu eigenlijk? Een stift met hout eromheen. Ontwikkeld in de 16 de eeuw, maar, en daar komt het: zelfs in de digitale wereld niet weg te denken. Goed om dus eens bij stil te staan. Wat een bijzondere uitvinding! Een stuk grafiet met hout eromheen. De naam potlood komt van potten loden, ofwel potten met lood bewerken. Dat grafiet wordt in een oven gebakken, veel grafiet en weinig klei geeft een zacht potlood. Ik adviseer u: neem altijd een potlood mee. Houd het bij de hand. Stop het zo nodig achter je oor. Vroeger was het het handelsmerk van de timmerman en de kruidenier. Zij droegen meestal een kleiner en iets dikkere variant met zich mee, het zogenaamde timmermanspotlood.
Het maatje van het potlood; het gummetje
Een ding moet je weten: een potlood doet het altijd, ook op diverse materialen. Gezien vanuit het potlood kun je misschien zeggen: hij heeft maar één vijand. En dat is het gummetje. Alleen het gummetje kan namelijk de lijn van het grafiet laten verdwijnen. Dat lukt zelfs het water niet. Met potlood geschreven brieven houden jarenlang hun leesbaarheid.
De mooiste potloden zijn kleurpotloden
We kennen allemaal de mooiste potloden, meestal kleurpotloden: de Faber. Ze ontlenen hun naam aan Lothar von Faber (1817-1896) die het potlood wereldwijd verspreidde. Wie mooi wil kleuren kiest, net als Vincent van Gogh, een Faber kleurpotlood. Wat een feest is het om een doos vol prachtige kleurpotloden te openen als je iets moois gaat maken. Vroeger was het het mooiste cadeau voor verjaardag of sinterklaas. Je moest er heel zorgvuldig mee omgaan en je mocht zeker niet buiten de lijntjes kleuren.
Kleuren is terug van weggeweest
Tegenwoordig is kleuren weer helemaal in. Zelfs in verpleeghuizen worden prachtige kleurplaten vol aandacht en met veel plezier ingekleurd, al is het maar om rustig te worden. Alleen degene die de motorische vaardigheid mist kan zijn agressie nog wel eens uiten op de potloodslijper, ook wel puntenslijper genoemd. Er zijn diverse soorten met scherpe mesjes, er is een machientje dat handmatig gebruikt moet worden. Er is er ook eentje dat automatisch werkt: het “ruikt” het potlood bijna en in no time is een lang potlood een klein duimpje geworden. Vroeger stonden deze martelwerktuigen bij de meester op tafel.
Ook potloden hebben en hadden soms bescherming nodig
Er ging een wereld voor me open, de wereld van de puntenslijpers is bijna nog boeiender dan van het potlood, dat eenvoudige potlood. Slechte houtsoorten en ondeugdelijke stiften bestaan natuurlijk. Die laten we links liggen. Er zijn dunne, dikke, zachte en harde potloden. Hoe de structuur ook is waarvoor je kiest, je kunt er een lijn meetrekken. Het potlood past zich bij dat trekken van die lijn aan de schrijver aan. Hoe je het potlood vasthoudt doet er niet toe: je krijgt de lijn op papier die je wilt. Die lijn is een uiting van jouw emotie. Je kunt het vergelijken met het bloed dat door je aderen vloeit. Dan komt dat potlood ineens op een nog hoger plan.
Kunstenaar Henri Matisse (1869-1954) zei: “Lijntekeningen zijn de puurste, meest directe vertaling van emotie”. Een kunstenaar kan niet zonder een potlood waarmee hij zijn basislijnen neerzet op het doek. Een potlood zet een lijn vol met de emotie van de gebruiker. Kan je het ook omdraaien: als je met een potlood bezig bent blijf je dan dicht bij je gevoel? Het is een gegeven dat wie een dikke potloodlijn gebruikt vaak emotioneler is dan diegene die liever een scherpe punt gebruikt.
Natuurlijk mogen we onderstaande (wereld) dagen niet vergeten:
Alle dank voor de gastblogger van de dag
Alle credits voor deze blog gaat naar Greetje Arends van het Platform Handschriftontwikkeling. Mijn hartelijke dank daarvoor. Is er ook een onderwerp waar jij boeiend over kan schrijven? Wordt dan gastblogger bij dagenvanhetjaar. Ben benieuw naar jou bijdrage!