De carnavalskleren kunnen weer de kast in, het is vandaag Aswoensdag. Straks het askruisje halen maar eerst nog even nagenieten van het carnaval onder het genot van een drankje en een harinkje.
Wat is de betekenis van het askruisje.
Het askruisje is van oorsprong een symbool van berouw, boetevaardigheid en voorbereiding op het Paasfeest. Het as van het askruisje is afkomstig van de verbrande palmtakken van het jaar er voor, dit is sinds de 14de eeuw al zo. De palmtakken zijn het teken van overwinning en zegepraal daarentegen staat de as voor vernedering en rouw.
De uitdrukking “in zak en as zitten” stamt ook uit die tijd want bij de boeteling werd toentertijd het as over zijn hoofd gestrooid en droeg hij een zak als boetkleed. Vandaar dat men zei “in zak en as zitten”.
Waarom wordt er een kruisje gezet? Vroeger was het halen van een askruisje bestemd voor zondaars die officieel tot boete waren veroordeeld, later ging men ervan uit dat iedereen tegen God of zijn medemensen had gezondigd.
Veertig dagen Vastentijd
De veertigdagentijd begint op Aswoensdag met een boeteviering. Het omvat de periode van Aswoensdag tot Pasen maar als je de dagen optelt kom je uit op 46 dagen. Traditioneel wordt er op zondagen niet gevast dus blijven er 40 werkelijke vastendagen over.
Van oudsher is Aswoensdag, samen met Goede Vrijdag, een verplichte vastendag voor de katholieken onder ons, dus ben je gedoopt en tussen de 18 en 60 jaar dan mag je op de vastendagen één volledige maaltijd nemen. Gelukkig heeft de Rooms-katholieke Kerk de regels omtrent het vasten versoepeld. Als je tegenwoordig gedurende de veertigdagentijd je onthoudt van bepaalde luxe of gewoontes zoals roken, televisie kijken, snoep of alcohol is dat ook prima. Wat wel vaak wordt gedaan is het geld dat uitgespaard is doneren aan een goed doel.
Er zijn nog katholieken die meerdere dagen achter elkaar niet eten maar ik geloof niet dat dat er veel zijn.
Wat wel een voordeel is van soberheid en vasten, je raakt lekker je wintervet kwijt 🙂